Reval, de hoofdstad van het Russische gouvernement Esthland, ligt schilderachtig aan eene diep landwaarts dringende baai der Finsche Golf en is na Petersburg, Riga en Odessa de aanzienlijkste aan zee gelegene koopstad van het Russische Rijk. In weinige steden is de middeneeuwsche bouwtrant zoo zuiver bewaard gebleven als in Reval, hoewel de gevels in spitsboogstijl thans allengs voor een meer modernen stijl moeten wijken. De straten der door dikke muren en torens omringde oudstad zijn naauw en onregelmatig. Op eene rots ter hoogte van 43 Ned. el verheft zich de dom met een oud kasteel en eenige rijksgebouwen.
Rondom de stad breiden de ruime voorsteden zich uit, en deze hebben zich na het dempen der stadsgrachten aangesloten aan de voormalige poorten. Enkele hooge wallen zijn in plantsoenen herschapen. Men vindt er 7 Luthersche en 5 Grieksche kerken, benevens eene R. Katholieke. Tot de merkwaardige gebouwen behooren er: de domkerk met vele wapenschilden en praalgraven, — de Olauskerk, in spitsboogstijl gebouwd, met een toren ter hoogte van 140 Ned. el, een fraai orgel en een altaarstuk van Kügelgen, — de Nikolaaskerk met belangrijke oudheden, een doodendans en eenige praalgraven, — het raadhuis met een rijk archief (sedert de 13de eeuw), — het Ridderhuis, — het Huis der zwarte hoofden met vele oudheden, — het Huis der groote gilden met prachtige zalen, — en het Huis van het Canuti-gild, waarin zich het Esthlandsch letterkundig genootschap gevestigd heeft, met het provinciaal muséum, waar zich zeldzame oudheden, kunstgewrochten, munten en penningen en vele fossiliën bevinden. Men heeft er 3 gymnasia, een schouwburg, eene admiraliteit, hospitalen, wees- en armenhuizen en andere inrigtingen van weldadigheid, eene ruime, veilige haven, een fraai spoorwegstation en druk bezochte zeebaden. De fabrieknijverheid verkreeg er nog geen grooten omvang, maar de handel heeft er na het openen van den Oostzee-spoorweg eene hooge vlugt genomen.
De uitvoer, vertegenwoordigend in 1875 eene waarde van ruim 8 millioen roebel, bestaat hoofdzakelijk in graan, lijnzaad, vlas, spiritus, beenderen en vee, — de invoer, bijna 63 millioen roebel bedragende, in katoen, machines, verwstoffen, steenkolen, zout, olie, wijn en thee. Er verschenen in dat jaar 424 schepen, metende ruim 116000 last. Nabij de stad verheft zich het door Peter I gebouwde kasteel Catharinadal met een prachtig park. Het aantal inwoners te Reval is ruim 31000, en van deze behoort bijna een derde tot den Duitschen stam. Deze stad werd in 1219 door Waldemar, koning van Denemarken, gesticht, ontving al dadelijk eene Neder-Saksische bevolking, kwam in 1436 met Esthland in het bezit der Duitsche Orde, en was in de 14de en 15de eeuw eene van de vermaardste steden der Hanse. In 1561 verviel zij aan Zweden, en in 1710 aan Rusland.
