Winkler Prins

Anthony Winkler Prins (1870)

Gepubliceerd op 14-08-2018

Praxis

betekenis & definitie

Praxis of practijk noemt men eene handeling met een bepaald doel, vooral de door oefening verkregene vaardigheid, om de door ervaring of theorie aangewezene middelen tot het bereiken van bepaalde oogmerken aan te wenden, — alzoo als toepassing der theorie op het dagelijksch leven, het in beoefening brengen van eene kunst of wetenschap, inzonderheid door een geneesheer of pleitbezorger. De practijk staat geenszins tegenover de theorie, want wat theoretisch juist is, moet men practisch ten uitvoer kunnen brengen. Van zulk eene tegenstelling kan dan alleen sprake wezen, wanneer men niet beschikken kan over de middelen, welke men tot het bereiken van zijn doel noodig heeft, of wanneer de betrekking tusschen middel en doel, tusschen oorzaken en voorwaarden voor bepaalde gevolgen niet voldoende bekend zijn.