Polydórus

betekenis & definitie

Polydórus, de jongste zoon van Príamus, koning van Troje, en van Laothoë (of van Hécabé), was de lieveling zijns vaders, maar werd vóór de wallen der stad door Achilles gedood. Volgens eene latere sage zonden zijne ouders hem, nog vóór den val van Troje, met eene groote som gelds naar Polymestor, koning van Thracië, die na het bezwijken van Troje den jongeling doodde, om zich van dat geld meester te maken, en het lijk in zee wierp. Zijne moeder Hécabé vond het aan de kust, vermoordde uit wraakzucht de beide kinderen van Polymestor en beroofde zich zelve van het licht der oogen. — Ook een beroemd Grieksch beeldhouwer van Rhodus droeg den naam van Polydorus. Met Agesander en diens zoon Athenodor vervaardigde hij onder de regéring van Titus de groep van Laocoon.