Plattenmeer (Het), in het Hongaarsch Palaton, het grootste meer van Hongarije, strekt zich uit tusschen de comitaten Samogy, Szalad en Vesprim met eene lengte van 76, eene breedte van 11—15 Ned. mgl en eene oppervlakte van 13,7 geogr. mijl. Het verheft zich 130 Ned. el boven de oppervlakte der zee, terwijl zijne diepte afwisselt tusschen 4—11 Ned. el. De oppervlakte van het meer is steeds in beweging en wordt dikwijls door hooge stormen gezweept. De oevers zijn er aan de noordzijde hoog en vulcanisch, en aan de zuidzijde effen en moerassig.
Aan de westzijde strekt het schiereiland Tihany zich met steile oevers ver uit in het meer en verdeelt het alzoo in 2 bekkens. Het meer ontvangt een groot aantal beken, die het echter met betrekking tot zijne oppervlakte slechts eene geringe watermassa bezorgen. Door de met slib gevulde rivier Sio is het verbonden met de Donau. Een weelderige plantengroei ver siert den omtrek van het meer, en de heuvels zijn er met wijngaarden bedekt. In de laagte wisselen vette weiden af met vruchtbare maïs- en tarwelanden, terwijl slechts hier en daar grijze basaltgevaarten zich verheffen. Het meer levert uitmuntenden visch, maar is voor de scheepvaart van ondergeschikt belang. Sedert 1847 bestaat tusschen het spoorwegstation Sio-Fok op den oostelijken oever en de badplaats Füred op den westelijken oever eene stoombootverbinding.
