Winkler Prins

Anthony Winkler Prins (1870)

Gepubliceerd op 10-08-2018

Patrijs

betekenis & definitie

Patrijs (Tetrao Perdix L.) of veldhoen is de naam van een vogel, die, evenals de kwartel, tot de Hoenderachtigen behoort. Hij is grooter dan laatstgenoemde, maar nog geen 3 Ned. palm lang. Zijne vleugels zijn kort en afgerond, en ook zijn staart is zeer kort. De schedel is bruin; voorhoofd, wangen en keel zijn roestkleurig; de rug is grijs met vele roodbruine, hoekige dwarsstrepen; de vleugels zijn geteekend met fijne, gegolfde, zwartachtige lijnen en lange, witte schachtstrepen; de borst en de buik zijn grijs, de staartpennen rosachtig bruin, terwijl de middelsten allengs grijs worden, de zijden van het lijf met vierhoekige bruine vlekken versierd en de pooten roodachtig lichtgrijs.

De patrijzen, die in ons Vaderland hier en daar in groote getale voorkomen, leven in weilanden, korenvelden en aan de duinzoomen. Ieder mannetje heeft één wijfje, dat 12 eijeren uitbroedt. Het nest is een kuiltje in den grond, met wat droog gras belegd. De patrijzen loopen zeer snel, doch vliegen bij ruw weder spoedig op, om weinige minuten daarna weêr neder te vallen. Op dit smakelijk wildbraad wordt met ijver jagt gemaakt. In Frankrijk en Spanje heeft men eene soort, die den naam draagt van „roode patrijs”.

Den naam van patrijs geven de lettergieters voorts aan den gesneden stempel, waarmede men de matrijs vervaardigt door hem in eene zachtere stof te slaan. De matrijs vertoont de letter omgekeerd.

< >