Parvé (Steyn). Onder dezen naam vermelden wij:
Daniël Couperus Steyn Barre, geboren te Batavia den 27sten April 1812. Hij bekleedde eerst de betrekking van Oost-Indisch ambtenaar en vestigde zich in 1850 te Londen. Hij schreef: „De Bijbel, de Koran en de Veda’s. Tafereel van Britsch Indië en van den opstand der inlandsche legers aldaar, met eene voorrede van prof. P. J. Veth (1858, 2 dln)”, — „De handelingen van Sir James Brooke op Bornéo, getoetst aan de officiëele Engelsche bescheiden en bestaande traktaten (1869)”, — „De godsdienstige opwekking in Engeland enz. (1860)”, — en „Overzigt van het handelsverkeer tusschen Nederland en Engeland enz. 1867)”.
Daniël Jan Steyn Barre, een neef van den voorgaande en een verdienstelijk natuurkundige. Hij werd geboren te Gorinchem den 3den September 1825, studeerde te Groningen in de wis- en natuurkunde, promoveerde aldaar in 1847 en werd het volgende jaar professor in de wiskunde aan het athenaeum te Maastricht, waar hij zich in 1851 tot rector der tweede afdeeling bevorderd zag. In 1858 verwisselde hij zijne betrekking met die van commies aan het ministérie van Binnenlandsche Zaken (afdeeling Onderwijs) en werkte niet weinig mede tot het zamenstellen der wet op het middelbaar onderwijs. In 1863 zag hij zich tot inspecteur van genoemd onderwijs aangesteld, welks belangen hij bij voortduring met grooten ijver en bekwaamheid bevordert. Hij is lid van de Hollandsche Maatschappij van Wetenschappen te Haarlem, van het Bataafsch Genootschap van proefondervindelijke natuurkunde te Rotterdam en van het Provinciaal Utrechtsch Genootschap, en ridder der Orde van den Nederlandschen Leeuw. Van zijne geschriften vermelden wij: „Het wiskundig onderwijs in Nederland (1850)”, — „De omwenteling der aarde om hare as, in verband met de slingerproeven van Foucault (1851)”, — „De methode van teekenonderwijs van de gebroeders F. en A. Dupuis (1852)”, — „Leerboek der natuurkunde (1860, 2 dln; 2de druk, 1873 4 dln)”, — „De wet tot regeling van het middelbaar onderwijs, opgehelderd door eene aanteekening van dr. D. J. St. P. (1863)”, — „Overzicht van de regeling van het middelbaar onderwijs voor den handwerksstand in de Nederlanden, gevolgd door een kort verslag van het teekenonderwijs in die scholen (1869)”, — „De inrichting van het middelbaar onderwijs in Nederland (1871)”, — „De grens tusschen het lager en middelbaar onderwijs (1877)”; — voorts talrijke bijdragen in onderscheidene tijdschriften en vooral uitstekende statistieke verslagen van den toestand van ons middelbaar onderwijs in de „Economist”. Zijne uitgebreide kennis van de verschillende takken van onderwijs stelde hem in staat, om daarvan, ten behoeve van de pas geopende Wereldtentoonstelling te Parijs, een hoogst merkwaardig overzigt te geven onder den titel: „Organisation de l’instruction primaire, secondaire et supérieure dans le royaume des Pays-Bas (1878)”, een boek van ruim 300 bladzijden, terwijl vroeger voor de Wereldtentoonstellingen te Weenen en te Philadelphia desgelijks overzigten van den toestand van het onderwijs in Nederland onder zijn toezigt in gereedheid zijn gebragt.