Pantomime of al-nabootsing noemt men een gebarenspel, waardoor men gevoelens en daden te kennen geeft, zonder hierbij de stem te gebruiken. Zij is van Romeinschen oorsprong en viel zoozeer in den smaak der Romeinen, dat zelfs keizer Nero in het openbaar optrad als pantomimist. De vermaardste pantomimisten in den tijd van Augustus waren Pylades en zijn leerling Hylas voor ernstige, en Barthyllus voor boertige stukken.
Later vinden wij Mnester (onder Caligula), Paris (onder Nero) en Latinus (onder Domitianus) vermeld. Uit de Romeinsche pantomimen ontwikkelde zich vervolgens het geïmproviseerde pantomimische kluchtspel, dat ook elders bijval vond en zelfs nu nog aangetroffen wordt. In den jongsten tijd heeft men voorts de pantomime in het ballet en in de tableaux vivants, alsmede in enkele dramatische rollen, bijv. in die der Muette de Portici.