Nordenskiold (Nils Adolf Erik), een vermaard noordpoolreiziger, geboren te Helsingfors den 18den November 1832, hield zich hoofdzakelijk bezig met de studie der geologie en bezocht reeds in 1864 en daarna in 1868 het eiland Spitsbergen. Sedert dien tijd is hij de ziel der Zweedsche noordpoolexpeditiën, en hij nam aan sommige zelf deel. In 1872 vertrok hij naar de westkust van Groenland en In 1875 naar de Karische Zee, waar hij den mond der Jenisseï bereikte. Met Landström en Stuxberg voer hij deze rivier op en keerde over Petersburg naar Zweden terug, terwijl het overig gedeelte der expeditie zich onder Kjellmann met een schip naar Hammerfest begaf.
Hij leverde alzoo het bewijs, dat men in bepaalde maanden de Karische Zee zeer goed bevaren kan. In het laatst van Julij 1876 ondernam hij, nadat hij vooraf Amerika bezocht had, eene dergelijke expeditie naar de Jenisseï, bevoer die tot 71° N. B. en kwam den 16den September weder bij kaap Nordkyn. Daardoor was de mogelijkheid aangetoond van eene scheepvaartverbinding tusschen Europa en Siberië. Hij is thans hoogleeraar in de geologie aan het Karels-instituut te Stokholm. hij heelt geen afzonderlijk werk over zijne ontdekkingen uitgegeven, maar daarover onderscheidene verhandelingen in tijdschriften geplaatst.
