Winkler Prins

Anthony Winkler Prins (1870)

Gepubliceerd op 10-08-2018

Neckar

betekenis & definitie

Neckar (De), door de Romeinen Nicer, Nicarus en Nicerus geheeten, eene rivier in het zuidwesten van Duitschland, ontspringt bij Schwenningen in Würtemberg, in de Baar, waar het Schwarzwald en de Alpen aan elkander grenzen, 697 Ned. el boven de oppervlakte der zee, stroomt eerst in eene noordelijke rigting naar Sulz, waar zij Würtemberg verlaat, om na een korten loop door Hohenzollern derwaarts terug te keeren, vormt van Kochendorf tot aan Gundelsheim de grensrivier naar de zijde van Baden, stroomt vervolgens door laatstgenoemd land in eene westelijke en noordwestelijke rigting, komt beneden Heidelberg in de vlakte van het Rijndal en stort (90 Ned. el boven de oppervlakte der zee) bij Manheim zich uit in de Rijn. De regtstreeksche afstand tusschen den mond en de bron bedraagt 165, de rivierlengte 397 Ned. mijl, en het stroomgebied 230 geogr. mijl. Hare belangrijkste zijrivieren zijn aan de linker zijde: De Eschach, Glatt, Ammer, Aich, Kersch en Nesenbach en bovenal de Enz, die een klein afzonderlijk stroomgebied vormt, voorts de Zaber, de Leinbach en de Elsenz, — en aan de regter zijde: De Prim, Schlichtem, Eyach, Starzel, Steinlach, Echatz, Ermz, Steinach, Lanter, Fils, Rems, Kocher en Jagst, alsmede de Murr en de Sulm. Het Neckardal bestaat grootendeels uit een aantal drooggelegde meren.

De rivierbedding ligt gedeeltelijk in muschelkalk en gedeeltelijk in keuperzandsteen en onderscheidt zich hierdoor niet weinig van de dalen van het Schwarzwald. Het wordt voorts door overstroomingen gedurig gewijzigd. Het Neckargebied en dat harer zijrivieren behoort tot de beste bouwlanden van Europa; er groeit eene groote hoeveelheid graan, ooft en wijn. Van Rottenburg af zijn de oevers schier geheel en al met wijngaarden bedekt, welke zeer gezochte wijnsoorten leveren, en digt aan de rivier komen amandelen, abrikozen enz. tot rijpheid. Het geheele dal is hoogst bevallig, inzonderheid van Heilbron tot Heidelberg, waar talrijke ruïnes zich op de rotstoppen verheffen.

De belangrijkste steden aan de Neckar, meestal bloeijende fabriek- en koopsteden, zijn Sulz, Tübingen, Eszlingen, Cannstatt, Marbach, Besigheim, Heilbronn, Wimpfen, Eberbach, Heidelberg en Mannheim. De scheepvaart langs den bovenloop der rivier (tot Horb) werd in het begin der 18de eeuw door de Hertogen van Würtemberg mogelijk gemaakt, doch de midden- en benedenloop (van Heilbronn af) was van ouds reeds bevaarbaar. De Neckar wordt van Rottweil af bevaren door vlotten, van Cannstatt af door kleine vaartuigen en van Heilbronn af door stoombooten. Zij vormt den voornaamsten waterweg voor den Würtembergschen handel, en staat door de Rijn in verband met de Rijnstreken, Nederland, Engeland en Amerika. Intusschen geschiedt het goederenvervoer thans alleen met zeilschepen, daar de stoombootvaart tusschen Heilbronn en Heidelberg opgehouden heeft, terwijl aldaar alleen nog eene stoo sleepvaart bestaat.