Munt (Mentha L.) is de naam van een plantengeslacht uit de familie der Lipbloemigen. Het onderscheidt zich door een klokvormigen, 5-tandigen kelk en door eene trechter- of klokvormige bloemkroon met een 4-tandigen zoom. De meeldraden zijn 2-magtig of gelijk en de stamper heeft een 2-tandigen top, terwijl de vruchten rond zijn.
De soorten van dit geslacht zijn overblijvende gewassen. Men heeft er met lange en korte stampers. De onbehaarde soorten hebben gewoonlijk veel sterker geur dan de behaarde.
Men verdeelt dat groote geslacht in de eerste plaats in Menthastrum, en Pulegium: de eerste afdeeling met een kelk met onbehaarde keel en 5 tanden, — en de tweede met tandjes tusschen de kelktanden. De eerste afdeeling is wederom gesplist in Menthae spicatae met kleine bladeren en M. verticillatae met groote bladeren, uit wier oksels zich beschermen verheffen. M. sylvestris L. heeft zittende of gestoelde, onbehaarde, langwerpige, gezaagde bladeren. M. piperita L. (pepermunt) heeft gesteelde bladeren en is zeer welriekend. Ook M. crispata (kruizemunt), met zittende bladeren, is zeer geurig.
De bladeren van laatstgenoemde 2 soorten zijn in de apotheek voorhanden. Van eene daaruit door destillatie verkregen olie, welke met suiker vermengd wordt, vervaardigt men pepermuntjes. Eindelijk vermelden wij M. aquatica crispa L., die bij slooten en op moerassige plaatsen groeit. Van deze geven wij hierbij eene afbeelding, namelijk in a een stengel met den wortelstok op 1/3 der natuurlijke grootte, in b eene bloem op 4-voudige grootte en in c eene uitgespreide bloem op 6-voudige grootte.
