Modderkruiper (Cobitis fossilis L.) is de naam van een visch, die tot de familie der Karperachtigen en tot de orde der Weekvinnigen behoort. Hij wordt omstreeks 3 Ned. palm lang, heeft aan de bovenlip 4 en aan de onderlip 6 baardjes, is op kop, rug en zijden zwartachtig met 4 of 5 gele en bruine overlangsche strepen en op den buik geel met zwarte vlekjes. Voorts heeft hij zeer dunne, doorzigtige schubben. Men vindt hem in bijna alle meren en rivieren van Europa, ook in ons Vaderland, doch in zeer geringen getale.
Des winters verbergt hij zich in het slib en kan ook des zomers maanden lang in verdroogd slib in het leven blijven. Wordt hij uit het water op het drooge gelegd, dan laat hij een fluitenden toon hooren. Hij wordt ook wel als weêrvoorspeller gebruikt, daar hij de gewoonte heeft om naar de oppervlakte te zwemmen, wanneer de lucht zeer electrisch is, terwijl hij anders rustig op den bodem blijft. Men kan hem jarenlang in een vischglas in het leven houden, als men het water wekelijks ververscht. Hij voedt zich met watermijten, waterspinnen, larven van waterinsecten, libellen, regenwormen enz.
