Winkler Prins

Anthony Winkler Prins (1870)

Gepubliceerd op 09-08-2018

Metellus

betekenis & definitie

Metellus is de naam van eene aanzienlijke Romeinsche familie uit het plebejisch geslacht der Caecilliussen. Van de merkwaardigste leden noemen wij:

Lucius Caecilius Metellus, consul in 251 vóór Chr. Hij versloeg als proconsul in 250 den Cartaagschen veldheer Hasdrubal bij Panormus op Sicilië, werd in 247 nogmaals consul en in 243 pontifex maximus, in welke betrekking hij in 241 bij het verbranden van den tempel van Vesta met verlies van zijne beide oogen het palladium redde. Hij overleed in 221. Zijn zoon Quintus was in 206 consul en in het volgende jaar dictator.

Quintus Metellus, die in 148 vóór Chr. als praetor de overwinning behaalde op Andriscus, die zich tot koning van Macedonië opgeworpen had. Hij verkreeg daardoor den naam van Macedonicus, versloeg vervolgens de Achaeërs bij Scerphea en Chaeronéa, bemagtigde Theben en Megara en vierde het volgende jaar een triumf over Macedonië. In 143 werd zij consul en voerde in 142 als proconsul in Spanje oorlog tegen Viriathus. In 131 was hij censor met Quintus Pompejus. Daarna wilde Lucius Atinius Labeo, dien hij als censor uit, den senaat verwijderd had, hem als volkstribuun in 130 van de Tarpejische rots werpen, doch hij werd door de overige tribunen gered. Hij overleed in 115. — Zijn oudste zoon Quintus Metellus Balearicus was consul in 123 en overmeesterde als proconsul de Balearische eilanden.

Lucius Metellus Dalmaticus, consul in 119 vóór Chr., streed tegen de Dalmatiërs en was censor in 115.

Quintus Metellus Numidicus, een broeder van den voorgaande. Hij was consul in 109 vóór Chr., verkreeg Numidië als wingewest en overwon Jugurtha bij herhaling, maar moest in 107 het opperbevel afstaan aan Marius. Niettemin werd hij te Rome met gejuich ontvangen en verkreeg een triumf. In 102 was hij censor, maar werd in 100 op aansporing van den door hem beleedigden volkstribuun Saturninus verbannen. Hij begaf zich naar Smyrna, werd het volgende jaar teruggeroepen en overleed in 91.

Quintus Caecilius Mettellus, een zoon van den voorgaande en wegens zijn ijver, om de terugroeping van zijn vader te bewerken, Pius bijgenaamd. Hij was in 89 praetor en in het volgende jaar aanvoerder van den Bondgenooten-oorlog, voegde zich bij de aanhangers van Sulla en versloeg die van Marius in 82 bij herhaling. Nadat hij in 80 met Sulla consul geweest was, werd hij naar Spanje gezonden, om tegen Sertorius te strijden. Na zijn terugkeer te Rome verkreeg hij een triumf en overleed in 64 of 63.

Quintus Caecilius Metellus Creticus, in 69 vóór Chr. consul. Hij veroverde als proconsul (68—66) het eiland Creta en werd daarop door den Senaat tegen de aanhangers van Catilina in Apulië ten strijde gezonden, zoodat hij in 62 een triumf verkreeg. Zijn sterfjaar is onbekend.

Quintus Caecilms Metellus Celer, legaat van Pompejus in den oorlog tegen Mithrídates. In 63 vóór Chr. was hij praetor en bezette de Alpenpassen naar de zijde van Gallië. Daarna bestuurde hij als stadhouder Cis-Alpijnsch Gallië en was in 60 consul. Hij was een ijverig aanhanger van de Senaatspartij en verzette zich steeds tegen de akkerwetten.

Quintus Caecilius Metellus Nepos, een broeder van den voorgaande. In 67—63 was hij legaat van Pompejus in den oorlog tegen de zeeroovers en tegen Mithrídates, doch keerde in 63 naar Rome terug en was in 62 volkstribuun. In die betrekking tastte hij Cicero aan in den Senaat en voor het volk, omdat hij de medepligtigen van Catilina had doen ter dood brengen, en hij deed met Caesar, die toen praetor was, het voorstel, om Pompejus met het leger tot herstel der orde uit Azië terug te roepen. Dat voorstel echter leed schipbreuk op den tegenstand van den Senaat. Metellus werd van zijne ambt ontzet en nam de wijk naar Pompejus. Door dezen bijgestaan, werd hij in 60 praetor, in 57 consul en daarna pro-consul in Spanje, waar hij met afwisselenden voorspoed tegen de Vaecaeërs te velde trok. Zijn sterfjaar wordt niet vermeld.

Quintus Caecilius Metellus Pius Scipio, een zoon van Publius Cornelius Scipio Nasica en een aangenomen zoon van Quintus Metellus Pius, tevens door zijne dochter Cornelia schoonvader van Pompejus, ondersteunde Cicero bij het ontdekken der zamenzwering van Catilina, was in 60 vóór Chr. tribuun en in de tweede helft van 52 consul met Pompejus. Hij was in 49 de doordrijver van het besluit, waarbij Caesar een vijand der Republiek werd verklaard. Bij het uitbarsten van den oorlog ging hij naar Syrië, om zich aldaar aan het hoofd van het leger te plaatsen, nam deel aan den slag bij Pharsalus, vlugtte daarna met een aantal andere aanhangers van Pompejus naar Afrika en bragt er een talrijk leger bijeen waarover hij het opperbevel voerde, maar werd in 46 bij Thapsus door Caesar volkomen overwonnen. Met 12 schepen poogde hij naar Spanje te ontsnappen, doch viel onderweg in handen van Publius Sittius, een volgeling van Caesar, zoodat hij zich zelven om het leven bragt.

< >