Mesua L. is de naam van een plantengeslacht uit de familie der Guttiferae. Het onderscheidt zich door een 4-bladigen, blijvenden kelk, 4 bloembladen en talrijke aan den voet tot een smallen ring zaamgegroeide meeldraden, alsmede door eene harde of lederachtige, éénhokkige, tweekleppige zaaddoos. Het omvat boomen, die in Oost-Indië groepen.
Van de soorten noemen wij: M. ferrea L., een lage boom of heester op de Oost-Indische eilanden, met breede, lancetvormige, langgesteelde bladeren en witte, welriekende, gesteelde bloemen; zijn hard hout komt onder den naam van Ceylonneesch ijzerhout in den handel. Voorts vermelden wij: M. speciosa Chois., een hooge, ranke boom met lijnlancetvormige, kortgesteelde bladeren, schier zittende, witte, welriekende bloemen en 3tot 4-zadige vruchten, welke zoo groot zijn als kleine appels. De specerijachtige wortels bezigt men als zweetdrijvend middel, uit de zaden perst men olie, en het hout komt desgelijks als ijzerhout in den handel.
