Winkler Prins

Anthony Winkler Prins (1870)

Gepubliceerd op 09-08-2018

Markomannen

betekenis & definitie

Markomannen, een naam, waardoor aan de grenzen (mark) wonende mannen worden aangeduid, is die van een Duitschen volksstam, het eerst vermeld door Caesar onder de volkeren van Ariovistus, vervolgens door Florus in zijne mededeelingen omtrent den togt van Drusus. Het schijnt, dat zij in die dagen gevestigd waren aan den boven- en middenloop van de Main. Marbod bragt hen omstreeds het jaar 10 vóór Chr. naar Bohemen, waar zij eene magtige monarchie vormden. In 88 na Chr. wisten zij een aanval van den Romeinschen keizer Domitianus af te slaan, waarna zij door Trajanus en Hadrianus nog in toom gehouden werden, terwijl zij in het midden der 2de eeuw, voorwaarts gestuwd door de volkeren van het Oosten en Noorden, doordrongen in het Romeinsche rijk.

Toen ontstond een 15-jarige oorlog, waarbij zij tot Aquileja voortrukten en keizer Marcus Aurelius groote moeite had om hen terug te laten trekken, terwijl zijn zoon Commodus zich vervolgens haastte, om tegen groote opofferingen vrede te verwerven. Gedurende de eerste helft der eeuw bezwoeren de Romeinen het gevaar door twist te stoken onder de aangrenzende volken, doch in 270 begonnen de Markomannen opnieuw voorwaarts te dringen. Zij bereikten Ancona en verwekten te Rome de grootste ontsteltenis. Met inspanning van al zijne krachten wierp Aurelianus hen over de Donau terug en dwong hen vrede te sluiten. Na de 4de eeuw verdwijnt hun naam uit de geschiedenis; waarschijnlijk zijn zij de stamvaders van de Beijeren.

< >