Winkler Prins

Anthony Winkler Prins (1870)

Gepubliceerd op 09-08-2018

Loffoden

betekenis & definitie

Loffoden, Lofodden of Lofoten is de naam van eene eilandengroep van 6 grootere en eenige kleine eilanden, tusschen 51 1/2 en 631/3° N. B. door den Westfjord van de vaste kust van Noorwegen gescheiden. Zij is berg- en rotsachtig en draagt met sneeuw gekroonde toppen, benevens eenige dalen, waar haver, gerst en aardappels groeijen, en groene zomerweiden. Boomen zoekt men er te vergeefs; ook is zij schaars bevolkt en zoowel bekend wegens de sterke stroomen der zee langs haar strand als wegens hare bloeijende vischvangst.

Het zuidelijkste eiland is Röst, en dan volgen Varö, Moskenäs, Flagstad en de beide grootste: Ostvaagen en Westvaagen. Laatstgenoemd eiland heeft een omtrek van 10 geogr. mijl en torscht de hooge bergen Himmeltind, Guratind en Siötind, ook is het een der vruchtbaarste. In ruimeren zin worden ook de 3 meer noordelijk gelegene groote eilanden Hindö (46 geogr. mijl), Langö en Andö tot de Loffoden gerekend. Het middelpunt der visscherij, welke hier te midden van vele gevaren de moeite rijkelijk beloont, is het dubbele eiland Vaagen, waar zich het beste vischwater van geheel Europa bevindt. Uit het oude Halogaland, het noordelijk gedeelte van Noorwegen, trekt meer dan de helft der mannen derwaarts ter vischvangst. Reeds in den tijd van Olof de Heilige (1020) was de Vaagevloot beroemd, en koning Eystein (1120) deed er hutten en eene kerk bouwen voor de visschers. Men vangt er vooral eene groote soort van kabeljaauw, haring, zalm enz., benevens vele kreeften en oesters. Het aantal mannen, die zich in Januarij, den tijd van de vischvangst, op de Loffoden vereenigen, bedraagt 20tot 22.000 met 4000 tot 4500 vaartuigen en meer dan 200 transportschepen.

Men schat het aantal van bovenvermelde kabeljaauwen, dat er jaarlijks gevangen wordt, op 24 millioen, en men wint er ongeveer 20.000 ton traan en even zooveel kuit. De koude, drooge lucht is er bij uitstek geschikt tot het droogen van visch. Het voorkomen der inwoners wijst op eene vermenging van Skandinaviërs met Laplanders. Al die eilanden, met uitzondering van het zuidoostelijk gedeelte van Hindö, hetwelk tot het ambt Finmarken behoort, vormen de voogdij Loffoden en Westeraalen in het ambt Nordland. Zij tellen op 90 geogr. mijl omstreeks 18.000 inwoners. Behalve de vischvangst vormen ook landbouw en veeteelt er bronnen van bestaan. Steden zijn er niet aanwezig, maar behalve 55 handelsplaatsen vindt men er vele groote visschersgehuchten.

< >