Loanda, eigenlijk Sâo Paolo de Loanda, de hoofdstad der Portugésche bezittingen aan de westkust van Zuid-Afrika, werd in 1575 door Paolo Diaz de Novaes gesticht tegenover een klein, zandig eiland, hetwelk den inheemschen naam van Loanda droeg en tot vestigingsplaats diende van eene Portugésche volkplanting en van een fort. Thans wonen op dit eilandje omstreeks 1300 visschers, en het is voor de stad van veel belang, daar men er eene ruime en veilige haven vindt.
Deze is de beste aan de Westkust van Afrika, maar zij verzandt zeer sterk, terwijl de Portugésche regéring niets doet om dit gebrek te verhelpen. Zij wordt beschermd door het fort San Pedro en door de citadellen San Francisco de Penedo en San Michael. De stad heeft van de zeezijde een fraai voorkomen, daar zij amphitheatersgewijs op den oever verrijst, terwijl juist hare hoogste gedeelten, door een breeden straatweg toegankelijk, aanzienlijke openbare gebouwen bevatten. Haar voormalige luister is inmiddels getaand. Van hare beide hoofdkerken is de eene een bouwval en de andere in eene werkplaats herschapen. Ook de openbare gebouwen komen meer en meer in verval. De winkel- en koopmanshuizen, alsmede de woningen der inboorlingen, van riet en leem gebouwd, bevinden zich in de Benedenstad.
Onder de 12000 inwoners van Loanda zijn omstreeks 800 Blanken en meer dan 5000 slaven. Hoewel de slavenhandel verboden en de slavernij door de Portugésche regéring zooveel mogelijk uit den weg geruimd wordt, blijft er het houden van huisslaven geoorloofd. Voor Europeanen is er het klimaat zoo ongezond, dat ieder ambtenaar, die zich derwaarts begeeft, vooraf zijn testament maakt, en vrouwen er zelden de verjaring van den dag harer aankomst beleven. Om die reden wordt er de garnizoensdienst door veroordeelden uit Portugal verrigt. Deze hebben er alle wapens en de geheele vesting in handen, doch er komen slechts zelden misdrijven onder hen voor. De handel is er van weinig belang en wordt het levendigst gedreven door eenige Amerikaansche firma’s. Daar vooral slavenhandel er te voren rijkdom bragt, verarmen de inwoners van Loanda meer en meer. De stad was van 1641 tot 1648 in handen van de Nederlanders.