Winkler Prins

Anthony Winkler Prins (1870)

Gepubliceerd op 08-08-2018

Kneller

betekenis & definitie

Kneller (Gottfried), een vermaard portretschilder, geboren te Lubeck in 1648, was aanvankelijk voor de krijgsdienst bestemd, maar bepaalde zich bij de schilderkunst en oefende zich eerst onder Membrandt en daarna onder Ferdinand Bol.

Vervolgens begaf hij zich naar Italië, waar hij onderwijs ontving van Carlo Moratti en in den beginne als historieschilder, toen als portretschilder optrad en grooten roem verwierf. Na zijn terugkeer in Duitschland (1672) woonde hij te Nürnberg, München en Hamburg. In 1674 ging hij naar Londen, waar Karel II hem tot hofschilder benoemde. In 1684 volbragt hij, op uitnoodiging van Lodewijk XIV, eene reis naar Parijs en portretteerde er de Koninklijke familie. De gunst, welke Karel II hem schonk, ontving hij ook van Jacob II en Willem III, welke laatste hem in 1692 tot ridder benoemde. Hoewel hij een voorstander was der omwenteling, die voor den prins van Oranje den toegang tot den troon geopend had, bleef hij eene goede verstandhouding bewaren met de vrienden van den verdreven Jacob II.

Ook keizer Joseph I benoemde hem tot ridder, en George I verhief hem in 1715 tot baronet met den titel van Whitton. Zijne tijdgenooten vermelden dat zijne portretten sterk geflatteerd waren, en dat hij met een krachtig koloriet het gebrek aan gelijkenis wist te bedekken. Hij overleed in 1723 (volgens anderen in 1726), een aanzienlijk vermogen nalatende, terwijl vervolgens in de Westminster-abdij een gedenkteeken ter zijner eer verrees.

< >