Winkler Prins

Anthony Winkler Prins (1870)

Gepubliceerd op 08-08-2018

Kästner

betekenis & definitie

Kästner (Abraham Gotthelf), een verdienstelijk Duitsch wiskundige en schrijver van puntdichten, geboren te Leipzig den 27sten September 1719, woonde reeds van zijn 10de jaar af de colléges bij van zijn vader, die aldaar hoogleeraar was. Voorts legde hij zich met ijver toe op de wijsbegeerte, de wiskunde en de natuurkunde, terwijl vooral de bovennatuurkunde zijne belangstelling wekte. Niettemin voleindigde hij in 1737 zijne regtsgeleerde studiën, vestigde zich in 1739 te Leipzig als privaatdocent, hield zich bezig met de fraaije letteren, en werd er in 1746 buitengewoon hoogleeraar. In 1755 ging hij als gewoon hoogleeraar in de wis- en natuurkunde naar Göttingen, waar hij in 1756 den titel van hofraad ontving, en den 20sten Junij 1800 overleed.

Tot zijne belangrijkste werken belmoren: „Anfangsgründe der Mathematik (1758 —1769, 4 dln; 6de druk 1800)”, — en „Geschichte der Mathematik (1796—1800, 4 dln)”. Ook verwierf hij grooten roem door zijne: „Sinngedichten (1781)” en door zijne „Vermischte Schriften (1783, 2 dln)”. Zijne „Gesammelten poetischen und prosaischen schönwissenschaftlichen Werke” zijn in 1841 in 4 deelen in het licht verschenen.