Ixora L. is de naam van een plantengeslacht uit de familie der Rubiaceën. Het onderscheidt zich door eene trechtervormige bloemkroon met eene slanke, rolronde buis en een korteren, 4-deeligen, uitgebreiden rand en eene steenvruchtachtige, met den blijvenden kelk gekroonde, bijna bolvormige, 2-hokkige bes. Het omvat altijdgroene heesters, die in Oost-Indië en Afrika groeijen, met tegenovergestelde bladeren en sierlijke, scharlakenroode, bleekroode, witte of gevlamde, vaak welriekende bloemtrossen. Van I. Bandhuca Roxb. (I. arborea Lodd.) gebruikt men den wortel tegen tusschenpoozende koortsen, ook uitwendig tegen huidziekten, en den bast, de bladeren en de bloemen tegen volbloedigheid.
Op dergelijke wijze bezigt men I. grandiflora Kern. (I. coccinea L.) met donker scharlakenroode bloemen. Tot de fraaije sierplanten behooren voorts I. rosea Wall. met rozenroode of vleeschkleurige, I. arborea Roxb. met witte, I. crocata Lindl. met saffraangele, en I. fulgens Roxb. met purperroode bloemen. Al die planten vereischen eene vochtige warmte van 10—12° C.
