Winkler Prins

Anthony Winkler Prins (1870)

Gepubliceerd op 08-08-2018

Houtrups

betekenis & definitie

Houtrups. Onder de rupsen, die in het hout leven, is vooral de wilgenhoutrups (Cossus ligniperda) zeer bekend. Dit insect behoort tot de orde der Schubvleugeligen (Lepidoptera). Zijne rups doorwoelt de stammen van populieren, elzen en wilgen en is zeer kenbaar aan een eigenaardigen, hoogst onaangenamen reuk. Voorts zijn de kop en 2 platen op den hals glimmend zwart, — de rug is rood en bij het volwassen dier bruin, terwijl de zijden, de buik, de midden- en de achterpooten vleeschkleurig zijn.

De pop, in het molm der boomen gelegen, is aan den kop en de vleugelscheeden donkerbruin en aan het achterlijf okergeel en van vele haakjes voorzien. De vlinder is grijs met geel gemarmerd, zeer dik en log, zit meestal rustig tegen den stam en behoort tot de grootste inlandsche vlinders. De houtrups berokkent groote schade, omdat zij niet alleen wilgen, maar ook eiken en ooftboomen aantast, — vooral daar zij vaak in grooten getale op denzelfden boom aanwezig is. Over haar handelt Lyonet in zijn beroemd: „Traité anatomique de la chenille etc.”

< >