Winkler Prins

Anthony Winkler Prins (1870)

Gepubliceerd op 07-08-2018

Gramont

betekenis & definitie

Gramont is de geslachtsnaam van eene oud-adellijke Fransche familie, dien zij ontleende aan den burgt van dien naam in het departement Hautes Pyrenées. Zij verdeelde zich in de 15de eeuw in 2 takken, van welke de ééne zich in Dauphiné vestigde, terwijl de andere in de eerste helft der 16de eeuw in de mannelijke lijn uitstierf.

De erfdochter des huizes trad echter in het huwelijk met Menaud, vicomte d'Aster, wiens nakomelingen den naam en het wapen der Gramonts aannamen. Antoine, de zoon van Menaud, was aanvankelijk een verdediger der Hugenooten, maar keerde later terug tot de R. Katholieke Kerk. De zoon van dezen, Philibert genaamd (✝ 1580), was gehuwd met Diane d’Andonius, die als „la belle Corisande” de minnares werd van den jeugdigen Hendrik IV. — De zoon van Philibert. , Antoine geheeten, was graaf van Gramont, onderscheidde zich in den oorlog, werd in 1643 tot hertog en pair verheven, en overleed in 1644. — Zijn zoon Philibert, geboren in 1621, heeft een beruchten naam verworven. Deze onderscheidde zich onder Condé en Turenne in den oorlog in de Nederlanden door zijn ridderlijken moed, en hield in vredestijd zich bezig met verliefde avonturen. Toen hij daarbij zijn Koninklijken mededinger de loef afstak, werd hij verbannen en begaf zich naar Engeland, waar hij wegens zijne geestigheid aan het Hof van Karel II zeer gezien was en de hand van eene rijke dame wist te verwerven.

Hij gold als het voorbeeld van een volmaakten edelman en verfijnden epucurist, en rekte de jaren van zijn onafgebroken zingenot tot 86 toe. — Zijn broeder Antoine III de Gramont, geboren in 1604, diende als staatsman en veldheer onder de regéring van Lodewijk XIII en Lodewijk XIV en werd in 1641 benoemd tot maarschalk van Frankrijk. Beide broeders hebben „Mémoires” nagelaten. — De kleinzoon van laatstvermelde, Antoine V de Gramont genaamd, ontving desgelijks den maarschalksstaf en overleed in 1725. — Van zijne beide zonen werd de oudste luitenant-generaal, terwijl de tweede ais maarschalk stierf op het veld van eer vóór Fontenoi den 11den Mei 1745. — Deze laatste had 2 zonen, en de oudste van deze, Antoine Antonin, hertog de Gramont, geboren den 17den April 1722 en overleden in 1801, was in 1759 gehuwd met Beatrice de Choiseul, die in 1792 onder de guillotine stierf. — Zijn kleinzoon Antoine Geneviève Heraclius Agenor, geboren den 7den Junij 1789 op het kasteel te Versailles, werd weldra buiten ’s lands gebragt, diende eerst b{j het Engelsche leger, en werd na de Restauratie vleugeladjudant van den hertog van Angoulême. Hij overleed in 1854. — Zijn zoon Antoine Alfred Agenor, hertog van Gramont en prins van Bidache, een Fransch staatsman, geboren den 14den Augustus 1819, betrad de staatkundige loopbaan bij de benoeming van Lodewijk Napoleon tot president der Fransche Republiek, ging in 1850 als gevolmagtigd minister naar Cassel, in 1852 in die betrekking naar Stuttgart en in 1853 naar Turijn, waar hij de toetreding van Piémont tot het verbond der Westersche Mogendheden tegen Rusland bewerkte.

In 1857 zond de Keizer hem als ambassadeur naar Rome, waar hij vooral gedurende den oorlog van 1859 in eene zeer moeijelijke positie verkeerde. In 1861 vertrok hij als gezant naar het Oostenrijksche Hof, bleef te Weenen tot in 1869, en werd in het begin van 1870 minister van Buitenlandsche Zaken in het ministérie Ollivier. Toen keizer Napoleon in het laatste plebisciet (1870) opmerkte , dat hij zijn invloed bij het leger begon te verliezen, zoodat hij tot herstelling daarvan een oorlog noodig rekende, vond hij in Gramont een geschikt werktuig voor zijne plannen. De candidatuur van den prins van Hohenzollern voor den Spaanschen troon leverde eene gewenschte aanleiding. Aan den Franschen gezant te Berlijn, Benedetti, werd last gegeven, om den Koning van Pruissen, door aanmatigende eischen te beleedigen. Hoewel de prins van Hohenzollern vrijwillig afstand deed van genoemde candidatuur, verklaarde de Gramont in een onderhoud met den Pruissischen gezant von Werther, dat Frankrijk zich daarmede niet kon vergenoegen, maar van den Koning van Pruissen waarborgen vorderde, dat nooit een Hohenzollern op die candidatuur zou terugkomen.

Terwijl von Werther dien eisch aan zijne regering mededeelde, zond de Gramont den 7den, 10den, 11den en 13den Julij verschillende brieven en depêches aan graaf Benedetti, waarin hij hem aanspoorde, om aan zijne eischen aan den Koning van Pruissen kracht bij te zetten, „daar de openbare meening in Frankrijk eene diplomatische zegepraal of den oorlog vorderde”. Om het publiek en de Kamers nog meer op te hitsen, verzekerde hij, dat Benedetti door den Koning van Pruissen beleedigd en deze beleediging aan andere Kabinetten medegedeeld was. Daar de Koning van Pruissen met vastheid en waardigheid de ongerijmde eischen van Frankrijk van de hand wees, verklaarde Frankrijk den 19den Julij 1870 den oorlog. Na de eerste nederlagen verdween de Gramont met het ministérie Ollivier van het staatkundig tooneel, en na den val van het Keizerrijk nam hij de vlugt naar Engeland.

< >