Winkler Prins

Anthony Winkler Prins (1870)

Gepubliceerd op 07-08-2018

Gloeijen

betekenis & definitie

Gloeijen is een lichtgevend verschijnsel, hetwelk men, als een gevolg der warmte, bij sterk verhitte ligchamen opmerkt. De temperatuur, bij welke het gloeijen een aanvang neemt, is niet naauwkeurig bepaald, maar schijnt omstreeks 500—550° C. te bedragen en voor alle vaste ligchamen dezelfde te zijn. De kleur van het licht, welke wij bij gloeijende ligchamen opmerken, is naar het bedrag der hitte zeer verschillend. Begint de gloeijing, dan is die kleur roodachtig bruin en wordt, bij vermeerdering der warmte, langzamerhand kersrood, lichtrood, geelrood, witachtig geel en wit.

De twee voornaamste trappen zijn echter die van roodgloeihitte en witgloeihitte. — Aan de oxydekorst, die aan de oppervlakte van gloeijende metalen ontstaat, geeft men den naam van gloeispaan. Die van ijzer is bekend onder den naam van hamerslag. — Gloei-ovens zijn inrigtingen, waarin men metalen aan het gloeijen kan brengen. Zij moeten zóó gebouwd worden, dat de dampkringslucht zoo min mogelijk toegang heeft tot de gloeijende metalen, daar deze anders oxydéren. — Over gloeijende kogels zie Kogels.