Winkler Prins

Anthony Winkler Prins (1870)

Gepubliceerd op 07-08-2018

Gamaliël

betekenis & definitie

Gamaliël, een Farizeeër uit den tijd van Jezus, een lid van het Sanhedrin en een man van verdraagzamen inborst, was de leermeester van Paulus en bewerkte door zijne uitmuntende redenen, dat de Joodsche Raad afzag van het voornemen, om bloedige maatregelen te nemen tegen de Apostelen. Waarschijnlijk is hij dezelfde, die in den Talmud een kleinzoon van Paulus en een zoon van Simeon genoemd en als een uitstekend wetgeleerde geprezen wordt. Men meent, dat hij onder de Keizers Tïberius, Gajus en Claudius voorzitter was van het Sanhedrin en in het jaar 18 na de verwoesting van Jerusalem overleden is.

De Christelijke sage verheft hem tot een geheimen aanhanger van Jezus, omdat men — schoon ten onregte — van oordeel was, dat Gamaliël, toen hij aanried, de gevolgen der prediking van de Apostelen af te wachten, op de zegepraal en niet op den ondergang der nieuwe leer hoopte. De Talmud onderscheidt hem als de oudere van een even zoo genoemden zoon of kleinzoon, die ten tijde van Trajanus en Sadrianus leefde en het oppergezag over de Israëlieten in handen had.

< >