Dover, eene Engelsche havenstad, ligt in het graafschap Kent aan het smalste gedeelte van het Engelsche kanaal, tegenover Calais. Zij behoort tot de Cinque Ports (zie aldaar), is behoorlijk versterkt en bevindt zich in den mond van een fraai dal. Het aantal inwoners bedraagt er ruim 25.000. Tot de voornaamste gebouwen rekent men het stadhuis, het hospitaal, den schouwburg en het casino.
De haven strekt zich uit tot in het midden der stad, doch lijdt aan verzanding. Vóór korten tijd is er ook eene groote vlugthaven gebouwd. Men heeft er een dagelijksch stoombootverkeer met Calais en Oostende, en de spoorweg loopt vandaar over Folkstone en Ashford naar Londen. De krijtlagen hebben er eene dikte van 250 Ned. el. De nabijheid van Calais, waar een scherp oog bij helder weder de ramen ziet schitteren, heeft er aanleiding gegeven tot den aanleg van vestingwerken. Dover-Castle werd weleer voor onoverwinnelijk gehouden, en op de naburige krijtrotsen zijn ook andere forten verrezen, die 6000 man ter verdediging vereischen. Te Dover is voorts een belangrijke handel, en 53 schepen behooren aldaar te huis. — Ook een paar Noord-Amerikaansche steden dragen dien naam.
