Smith is de naam van een plantengeslacht uit de familie der Peuldragenden (Leguminosae); het onderscheidt zich door een hoekigen, 5-tandigen, somtijds 2-lippigen kelk, door de korte kiel der bloemkroon, en door eene hoekige, veerkrachtig-openspringende peul.
Het omvat sierlijke heesters, die in Nieuw-Holland te huis behooren en in Mei en Junij bloeijen. Daarvan noemen wij D. acicularis Smith met priemvormige, stijve, eenigzins achterwaarts gebogene bladeren en talrijke okselstandige, kort-gesteelde, goudgele en scharlakenroode bloemen, — D. glauca Lodd. met lijn-lancetvormige, scherpgespitste, grijsachtig groene bladeren en goudgele, schermvormige bloemtrossen, — en D. genistoides Lodd. met lancet-priemvormige bladeren en fraaije, goudgele, aan den voet der vlag bloedrood gevlekte bloemen. Al die soorten vereischen een zandigen, met bladaarde vermengden heidegrond en des winters eene warmte van 6 tot 8° C. Des zomers kunnen zij bij ons in de open lucht geplaatst worden, hoewel men ze tegen de middagzon en den regen dient te beveiligen.