Carissa L. is de naam van een plantengeslacht uit de familie der Contorten en onderscheidt zich door een 5-spletigen kelk, eene trechtervormige, 5-spletige bloemkroon met korte meeldraden en een 2-lobbigen stempel, en eene 2-hokkige bes met weinig zaden.
Tot de soorten behooren gedoornde heesters en boomen, die in Oost-Indië groepen; van deze noemen wij C. carandas L. (Capparis carandas Gmél.), een Oost-Indischen boom, die 4 tot 6 Ned. el hoog wordt en ovale bladeren, op die van jasmijnboonen gelijkende bloemen en zwarte bessen draagt.
De stam en de vruchten zijn met melksap gevuld. Laatstgenoemde worden versch en ingemaakt gegeten, en het laag-gehouden, doornig gewas is bijzonder geschikt tot omheiningen.