Bremraap (Orobanche L.) is de naam van een plantengeslacht uit de natuurlijke familie der Orobancheën en onderscheidt zich door een 2-bladigen of 4-spletigen kelk en eene grijnzende niet gemaskerde, aan den voet vleezige, ras-verwelkende bloemkroon.
De soorten van dit geslacht zijn woekerplanten, die zich op de onderaardsche deelen van verschillende gewassen vasthechten. In ons Vaderland vindt men de groote bremraap (O. major of Rapum) met een zeer eenvoudigen stengel, met eene 4-spletige, opgeblazene bloemkroon en aan den voet onbehaarde helmdraden, — de welriekende bremraap (O. caryophyllacea), desgelijks met eene opgeblazene bloemkroon en met ruigbehaarde meeldraden, — de blaauwe bremraap (O. coerulea) met een buisvormigen kelk en eene 5-spletigen bloemkroon, — en de takkige bremraap (O. ramosa) met een getakten stengel, ongesteelde bloemen, eene 5-spletige bloemkroon en 3-voudige schutblaadjes. Deze laatste, die in Duitschland den naam van Hanfwürger draagt, komt voor op de wortels der hennepplanten. Behalve de genoemde soorten worden hier nog 5 andere in’t wild gevonden.