Winkler Prins

Anthony Winkler Prins (1870)

Gepubliceerd op 19-03-2018

Bopp

betekenis & definitie

Bopp (Franz), een uitstekend beoefenaar der Oostersche letterkunde, werd geboren te Mainz den 14den September 1794. Hij ge­noot eerst zijne opleiding te Aschaffenburg , studeerde te Würzburg en begaf zich toen naar Parijs, waar hij in Chézy, Sylvestre de Sacy en von Schlegel vrienden en begunsti­gers vond. Hij vertoefde er 5 jaar, ging in 1817 naar Londen, vestigde zich in 1818 te Göttingen en werd in 1821 beroepen als buitengewoon hoogleeraar te Berlijn.

Hier werd hjj in 1822 lid der Academie van We­tenschappen en in 1825 gewoon hoogleeraar in de Oostersche taal- en letterkunde. Met ijver en uitstekend gevolg bestudeerde hij het Sanskriet. Weldra verscheen van zijne hand “Ueber das Konjugationssystem der Sanskritsprache (1816)”, — voorts verschil­lende fragmenten uit de Mahabharata, — een “Ausführliches, Lehrgebaude der Sans­kritsprache (1827)”, — “Kritische Grammatik der Sanskritsprache (1834,4de uitgave 1868)”, —en “Glossarium Sanscritum (1830, 4de uitgave 1868).” Vooral heeft hij veel geschreven over vergelijkende taalstudie, zoodat zijn werk “Vergleichendo Grammatik des Sanskrit, Zend, Griechischen, Lateinischen, Lithauischen, Altslawischen, Gothischen und Deutschen (6 dln 1833—1852, 3de uitgave 3 dln

1868—1871) als het belangrijkste voortbreng­sel van dien geleerde wordt beschouwd. Hier­uit blijkt, dat de talen van alle Indo-Germaansche volkeren uit eene thans verdwenen, oorspronkelijke taal zijn ontstaan. Bopp over­leed te Berlijn den 23sten October 1867, en eene naar hem genoemde stichting bevordert de pogingen van hen, die zich aan vergelij­kende taalstudie willen wijden.

< >