Winkler Prins

Anthony Winkler Prins (1870)

Gepubliceerd op 19-03-2018

Boot (geslachtsnaam)

betekenis & definitie

Onder dezen geslachtsnaam ver­melden wij:

Gerhard Boot, een ervaren geneeskundige, geboren te Gorinchem in 1604. Hij vestigde zich omstreeks het jaar 1630 te Londen en werd er lijfarts van koning Karel I. Toen deze het schavot moest beklimmen, begaf hij zich naar Dublin, waar hjj in 1650 overleed, eenige geschriften — waaronder Latijnsche en Nederlandsche verzen — nalatend.

Arnold Boot, een broeder van den voor­gaande. Deze, geboren te Gorinchem in 1606, begaf zich desgelijks naar Engeland en werd lijfarts van den graaf van Leicester, onder­koning van Ierland. Later vestigde hij zich te Parijs, vervaardigde Nederlandsche en Latijnsche gedichten, schreef vooral onderschei­dene werken over den Hebreeuwschen tekst van het Oude Testament, en overleed in 1653.

Willem Boot, in de Vaderlandsche geschie­denis "bekend door zijne kloekmoedige ver­dediging van het eilandje Middelweert in de Maas. Hij werd den 15den Julij 1574 door Rabenhaupt, die Grave ging belegeren, met 180 man derwaarts gezonden. Chamilly, gou­verneur van Grave, viel hem op dat eiland bij herhaling aan, maar werd door Boot met zooveel dapperheid ontvangen, dat hij telkens moest afdeinzen. Hij zelf werd gewond en bijna alle officieren met hem. Eindelijk moest hij voor de overmagt wijken en verliet in goede orde het eiland, terwijl de vijand on­dervond, dat dit geringe voordeel duur was gekocht.

Johannes Cornelis Boot, geboren den 30sten Julij 1761 te Leur bij Breda. Hjj was ach­tereenvolgens predikant te Nieuwenhoorn en te Arnhem, waar hij den 9den Julij 1834 over­leed. Een paar van zijne gedichten zijn door het Haagsche dichtgenootschap en eene ver­handeling van hem is door het Genootschap tot verdediging van de Christelijke godsdienst, met zilver bekroond.