Onder dezen naam vermelden wjj:
Abraham Bloemaart, een Nederlandsch schilder, geboren te Gorinchem in het laatst van het jaar 1567. Zijn vader, een bekwaam beeldsnijder en ingenieur en als stadsbouwmeester te Amsterdam overleden, deed hem te Utrecht in de leer bij schilders van ondergeschikten rang, zooals Gerrit Splinter en Joost de Beer. Daarna kwam Abraham bij den drossaart van Heel, die de belofte, dat hij hem bij den schilder Montfoort zou aanbevelen, slecht nakwam. De vader zond daarna den 16-jarigen jongeling naar Parijs, waar hij eerst schilderde bij zekeren Maitre Herry en later bij Jeroen Franken. Daarna vestigde Bloemaart zich te Utrecht, en overleed er in 1657.
Hij heeft onderscheidene fraaije stukken geschilderd, waarvan de onderwerpen aan de fabelleer, de gewijde en ongewijde geschiedenis zijn ontleend, — voorts landschappen enz. Hij was een meester in vinding, stoffaadje en behandeling van het penseel. Vooral de voorgronden van zijne landschappen worden zeer geroemd. Men vindt schilderijen van Bloemaart in het Koninklijk kabinet te ’s Hage, in het Muséum te Weenen enz. Ook heeft hij een aantal uitmuntende leerlingen gevormd.
Hendrik Bloemaart, den oudsten zoon van den voorgaande. Hij legde zich onder de leiding van zijn vader op de schilderkunst toe, was in 1664 een der overlieden van het St. Lucas- gild te Utrecht, en beoefende tevens de Nederlandsche dichtkunst. Hij heeft eenige vertalingen uit het Italiaansch uitgegeven, waaronder eene van den “Pastor fido” van Guarini.
Frederik Bloemaart, een broeder van den voorgaande. Hij was geboren omstreeks het jaar 1600 en werd een uitstekend graveur. Meestal werkte hij naar teekeningen van zijn vader. De platen van het “Kunstrijk Teekenboek” van laatstgenoemde, 173 in aantal en in 1740 te Amsterdam in 1°. uitgegeven, zijn door Frederik gegraveerd.
Frederik Bloemaart, een broeder van den voorgaande. Hij was een ervaren schilder en volbragt eene reis naar Italië. Op een togt door Duitschland geraakte hjj te Salzburg in twist met een student en werd in een tweegevecht gedood.
Cornelis Bloemaart, den jongsten zoon van Abraham. Onder de leiding van Krispijn van de Pas legde hij zich met gelukkig gevolg op de graveerkunst toe, werkte te Parijs en te Rome en overleed op laatstgenoemde plaats in 1680 op 77-jarigen leeftijd. Hjj verwierf door zijne graveerstift grooten roem, en sommige platen, naar schilderijen van Annibale Carraccio, Guercino, Rubbens, Cortona en anderen vervaardigd, worden door kunstkenners op hoogen prijs gesteld.