Winkler Prins

Anthony Winkler Prins (1870)

Gepubliceerd op 19-03-2018

Blankaart

betekenis & definitie

Blankaart (Nikolaas) of Nicolaas Blancardus, een Nederlandsch geleerde, geboren te Leiden den 27sten December 1624 uit een aan­zienlijk geslacht, genoot aan de universiteit aldaar het onderwijs in de Arabische en Per­zische talen van Jacobus Golius en in de ge­schiedenis van Marcus Zuérius van Boxhorn, terwijl hjj zich in den gemeenzamen omgang met Claudius Salmasius mogt verblijden. Wel­dra was hij beroemd wegens zijne geleerd­heid, werd in 1650 tot hoogleeraar in de ge­schied- en oudheidkunde benoemd aan het gymnasium te Middelburg, promoveerde te Harderwijk in de geneeskunde en vestigde zich als geneesheer te Heerenveen. Daarna werd hij gouverneur van Hendrik Casimir, den zoon van wijlen den Frieschen stadhouder Willem Frederik, en in 1669 Hoogleeraar in de Grieksche taal en in de geschiedenis aan de hoogeschool te Franeker.

Hij nam in 1690 zijn ontslag en overleed den 15den Mei 1703. Hij heeft eene reeks van werken uitgegeven in de Latijnsche taal. — Zijn zoon Steven Blankaart, geboren te Middelburg den 24sten October 1650 en overleden als geneesheer te Am­sterdam den 23sten Februarij 1702, heeft onder­scheidene, vooral artsenjjmengkundige werken geschreven en tevens de dichtkunst beoefend.