Gepubliceerd op 04-12-2017

gevaar

betekenis & definitie

gevaar - Zelfstandignaamwoord
1. (groot) risico.
Het leven is vol gevaren.
2. valkuil, risico
Het gevaar is dat we dan 10km moeten omrijden.

gevaar - Zelfstandignaamwoord
1. (scheepvaart) het voortdurende verkeer te water
Op de Rijn is veel gevaar.

Woordherkomst
Van het Hoogduitse Gefahr. Verwant met het Middelhoogduitse vâr, Oudsaksische fâra, Oudnoordse fâr, Gotische ferja, Latijnse periculum, Oudgriekse πειρα.

Synoniemen
[1] bedreiging, nood, onheil
[2] pechkans

Antoniemen
[1] veiligheid

Verwante begrippen
scheepvaart