Gepubliceerd op 30-10-2017

blinde

betekenis & definitie

blinde - Zelfstandignaamwoord
1. iemand die niet kan zien
- De blinde had een blindengeleidehond nodig om naar zijn werk te kunnen gaan.
- „Maar ik vroeg me af: wat missen blinden nog?”, zegt Dylan Verburg, student aan de Universiteit Twente. Daarom interviewde Dylan een blinde persoon en deed hij een kleine enquête onder blinden. De uitkomst: blinden willen heel graag de gezichtsuitdrukking ‘zien’ van de persoon met wie ze praten.
2. vensterluik, blind
Voor de nacht moesten we eerste de blinden sluiten.

blinde - Bijvoeglijk naamwoord
1. verbogen vorm van de stellende trap van blind

Woordherkomst
afgeleid van blind met het achtervoegsel -e

Antoniemen
ziende