Wielersportwoordenboek

Jan Luitzen (2009)

Gepubliceerd op 02-08-2017

kantje, op het -

betekenis & definitie

op de uiterste rand van de weg, net voor het begin van de berm: op het kantje rijden, aan de kant van de weg fietsen, vlak achter de waaier, waarin geen plaats meer was, in de volle zijwind; het pak op de kant zetten, bij zijwind het peloton in de wind zetten zodat een sliert van renners wordt gevormd die in stukken breekt.

waaier