Wat is dat? Encyclopedie voor jongeren

P.J.F.H. van de Rivière, R. de Ruyter-van der Feer (1928, 1930 en 1938)

Gepubliceerd op 13-08-2019

Vlaamse Beweging

betekenis & definitie

Zoals men weet, bestaat België ten slotte uit twee volkeren, die, hoewel lang samenlevend en dus zeer aan elkaar gewend, toch twee verschillende volkeren zijn, die zelfs een verschillende taal spreken. In het begin van het bestaan van het koninkrijk heeft men deze ongelijksoortigheid niet erg gevoeld en heeft de Franse geest, hoewel de geest van een minderheid, het land zijn karakter gegeven.

Doch langzamerhand en geleidelijk meer en meer zijn de Vlamingen met hun oude en veelbetekenende beschaving zich toch bewust geworden, dat de behandeling als burger tweede klasse wel zeer nadelig en vernederend was. Zij zijn daartegen op gekomen, hoe langer hoe meer.

Waren het aanvankelijk enkele voormannen, die zich voortdurend verzetten tegen de beschouwing, dat België eigenlijk een Frans land was, langzamerhand, heel erg geleidelijk heeft de „Vlaamse gedachte” zich toch ontwikkeld en zijn steeds meerderen met den eis gekomen, dat zij in hun eigen taal, het Vlaams, en naar eigen Vlaamsen aard zouden onderwezen, bestuurd, berecht en gecommandeerd worden.Dat is heel langzaam gegaan, omdat nog lang in het gewone leven het Vlaams wat minder leek dan het vluggere Frans, en omdat vele Vlamingen in veel gevallen zelf wel gaarne Frans spraken en voor Frans doorgingen. Doch in de laatste 20 jaar is er meer vaart in de beweging gekomen, die speciaal ook in den oorlog zich sterk — en niet altijd even gelukkig — geuit heeft.

Er was in Nederland voor deze beweging wel sympathie, die zich vooral op congressen uitte. Doch die sympathie was in veel gevallen enigszins latent. En dan waren vele Nederlanders huiverig voor al te veel Vlaamse sympathieën, omdat die zo licht uitgelegd konden worden als een neiging om de scheiding van de vorige eeuw tussen Holland en België weer ongedaan te maken. En om aan deze onjuiste uitlegging te ontkomen, bleef men hier tegenover de Vlaamse beweging nogal gereserveerd.

Wat niet wegneemt, dat men toch vrij algemeen stellig in Nederland een natuurlijke sympathie heeft voor dien taaien strijd der Vlamingen, die vaak onder zeer moeilijke omstandigheden en met eindeloze hardnekkigheid moesten opkomen tegen de onbetwistbare neiging der Franse partij, om de hele beweging wat luchthartig op te vatten en meer aan iets gemaakts, iets gewilds te denken, dan aan een wens, die uit het hart van een oud-cultuurvolk opkwam.

Op het ogenblik is het den Walen en Brusselaars wel duidelijk geworden, dat het Vlaanderen heilige ernst is met de uiteindelijk verworven, grondwettelijke gelijkstelling der beide talen en de vrije ontwikkeling van het Vlaamse leven naar eigen aard. Zó duidelijk, dat er in den extremistisch Waalsen hoek reeds stemmen opgingen, om te komen tot een bestuurs-splitsing voor de beide Belgische volksgroepen, ja zelfs tot afscheiding van Wallonië van België en aansluiting bij Frankrijk. Menselijkerwijs ziet het er naar uit, dat Vlaanderen gewonnen heeft, dank zij ook niet het minst Koning Leopolds rechtvaardige houding en trouw aan de Grondwet.

< >