William Shakespeare (1564 —1616) is de grootste toneelschrijver, dien het Angelsaksische ras voortgebracht heeft.
Hij werd in Stratford on Avon in Warwickshire geboren. Zijn vader John Shakespeare was een welgesteld koopman.
Omtrent zijn opvoeding en verdere omstandigheden is niet veel bekend, waarschijnlijk leerde hij op school Latijn en misschien een weinig Grieks en leerde hij zichzelf een weinig Italiaans.
Toen zijn vader in geldelijke moeilijkheden geraakte, ging hij van school en was hij vermoedelijk op een advocatenkantoor werkzaam. Na zijn huwelijk met Anna Hathaway trok hij in 1585 naar Londen; wat hij daar deed is niet bekend. In 1592 schijnt hij echter een gevierd toneelspeler en opkomend schrijver geweest te zijn. Hij wekte de afgunst der dichters op, die het zeer ongewoon vonden, dat een toneelspeler stukken voor het toneel schreef.
In 1594 trad hij toe tot de Chamberlain’s tonelistenvereniging, waar hij een goed acteur was, maar veel meer als schrijver werd gewaardeerd. Hij verdiende genoeg om in Stratford een eigen huis te kopen.
De meeste van zijn toneelstukken schreef hij tussen. 1590 en 1613, waaronder de allervoornaamste zijn Richard III, Romeo and Juliet, Midsummernight’s dream, Merchant of Venice, Julius Caesar, Merry Wives of Windsor, As you like it, Twelfth Night (Driekoningenavond), Othello, Macbeth, Hamlet, King Lear, enz.
Met uitzondering van enkele drama’s verzon Shakespeare de intriges van zijn stukken niet zelf, hij vond ze in oude kronieken of in Italiaanse verhaaltjes, die hij door zijn genie tot wonderschone, verheven stukken wist te vervormen. Door zijn grote mensenkennis wist hij zijn figuren in de meest uiteenlopende karakters door humor en verbeeldingskracht te bezielen met het algemeen menselijke, dat maakt, dat zijn werken nu, na zoveel eeuwen, nog bekend zijn.
Shakespeare moet vrij wat geld verdiend hebben en op den duur een welgesteld man geworden zijn, die te Londen huizen bezat.
Op 23 April 1616 stierf hij plotseling; hij werd op 25 April in de kerk te Stratford bijgezet. Een platte, donkere steen met inscriptie dekt het graf.
Over de kwestie, of de werken van Shakespeare wel inderdaad door Shakespeare geschreven zijn, is veel en lang geredekaveld. Herhaaldelijk is beweerd, dat de bekende staatsman en philosoof Sir Francis Bacon (1561—1626 — een tijdgenoot dus van Shakespeare) de schrijver is. Er zijn ernstige bewijzen voor deze beweringen aangevoerd en de bewonderaars van Shakespeare zijn dan ook in twee kampen verdeeld: de Stratfordisten en de Baconisten.
Intussen zijn velen het eens met dien Amerikaan, die uitriep: Wat kan het mij schelen, of Shakespeare’s werken geschreven zijn door een anderen man met denzelfden naam of door denzelfden man met een anderen naam. Shakespeare blijft Shakespeare!