is een woord, dat eigenlijk „vaderlijke heerser” betekent, maar ook wel aartsvader. Als zodanig verstaan we er onder de oude figuren uit den Bijbel, maar vooral de 12 zonen van Jacob, waaruit het volk Israël is voortgekomen.
Het hoofd van de Grieks-Katholieke kerk wordt in Griekenland patriarch genoemd. In de andere landen, waar de Grieks-Katholieke kerk haar aanhangers telt, dragen de hoofden dier kerk andere titels. De GrieksKatholieke kerk is namelijk tegenwoordig niet meer verenigd onder één hoofd.
In de Middeleeuwen vóór ’t schisma werden de bisschoppen wel patriarch genoemd.