(cordon) is een Frans woord, dat snoer, koord of band betekent. Gewoonlijk noemt men een kring of een rij soldaten, die een terrein afzetten, een kordon.
Ook de bezetting van een grens door troepen, die geschiedt om een land tegen vijandelijke invallen of soms ook tegen besmettelijke ziekten te beschermen — een grensafsluiting dus — heet kordon.In engeren zin betekent kordon een ordelint, dat om den hals gedragen wordt, b.v. cordon bleu: vroeger het lint der Orde van den Heiligen Geest.
Het touw, waarmee de portier, die in alle grote huizen te Parijs aanwezig is, de deur opent, wordt ook kordon genoemd. Wanneer je dus eens een Fransman hoort roepen: „Le cordon, s’il vous plait”, dan weet je, dat dit zeggen wil: „Portier, doe de deur open.”