Wat is dat? Encyclopedie voor jongeren

P.J.F.H. van de Rivière, R. de Ruyter-van der Feer (1928, 1930 en 1938)

Gepubliceerd op 09-08-2019

Diluvium

betekenis & definitie

Zoals jullie waarschijnlijk wel eens gehoord hebben, heeft de aarde sedert haar ontstaan grote veranderingen ondergaan. De geologen of aardkundigen, die het ontstaan en den verderen opbouw der aarde bestuderen, hebben haar geschiedenis daarom in vijf grote perioden ingedeeld.

De laatste van deze perioden noemen ze het neozoïcum en dit verdelen ze weer in het tertiair en het quartair, in welke laatste periode we nu leven. Dit quartair is echter ook weer onderverdeeld en het diluvium en het alluvium vormen daarbij de laatste en allerlaatste tijdperken.

Wij leven dus thans in het alluvium. Als ik jullie nu tenslotte nog vertel, dat naar de mening der geologen het diluvium de periode is, die de aarde van ± 500.000 tot 30.000 jaar geleden doormaakte, dan kunnen jullie in verband met het voorafgaande wel nagaan, dat de aarde al aardig oud is.Tegenwoordig nemen de geologen aan, dat de oudste aardlagen ouder zijn dan 1600 millioen jaren. Om jullie het onthouden wat makkelijker te maken, kan ik je nog de volgende vergelijking geven:

Wanneer de tijd sedert het begin van het diluvium met vier dagen gelijkgesteld zou worden, dan zou het naar dien maatstaf gerekend 55 minuten geleden zijn, dat de Egyptische pyramiden gebouwd werden, de Franse Revolutie zou 1(4 minuut geleden begonnen zijn en een 5-jarige cursus van een H.B.S. zou 3 seconden duren.

Hoe zag nu de aarde er uit tijdens het diluvium, zullen jullie vragen.

In de periode, die aan het diluvium voorafging, was de temperatuur op aarde steeds lager geworden en deze daling bereikte nu haar laagste punt. De gletschers breidden zich enorm uit en de rivieren, die uit die gebieden stroomden, voerden geweldige watermassa’s en dus ook veel zand, stenen enz. mee (zie ook: Delta).

De Rijn en de Maas zetten in deze periode in ons land grote hoeveelheden van deze stoffen af.

De gletschers van Scandinavië verenigden zich tot één groot geheel, tot één groot ijsdek, dat zich tot ver in ons land en Duitsland uitstrekte. Bij de grootste uitbreiding liep in Nederland de uiterste grens van dit landijs langs de lijn Vogelenzang— Nijmegen.

De temperatuur steeg tijdens het diluvium wel weer eens wat, om dan later weer te dalen en hiermee overeenkomstig bewoog het landijs zich nu eens achterwaarts, dan weer vooruit.

Wat het resultaat is geweest van de werking van die gletschers voor ons land, vertellen we jullie uitvoeriger onder het hoofdstuk „Gletschers”.

De mensen, die in het diluviale tijdperk op aarde leefden, trokken zich wegens de koude terug in holen en vooral in Frankrijk vinden we de sporen en overblijfselen van henzelf en van hun gebruiksvoorwerpen. Het hoofdstuk Praehistorie zal jullie verder over hen inlichten.

De planten uit deze periode zijn natuurlijk alle planten, die behoren bij een koud klimaat. Vlak voor den ijsrand vinden we het rendiermos en eerst veel verder verwijderd was de grove den de voornaamste plant. Wat de dieren betreft, jullie begrijpen wel, dat het rendier daaronder voorkwam en ook de ijsbeer. Maar de andere dieren kennen jullie waarschijnlijk niet, of het moest zijn van een plaatje of uit een museum — want ze zijn al lang uitgestorven. De oeros, de eland, de holenbeer, het reuzenhert en de mammoeth waren onder hen de voornaamste.