Woordenboek voor vrijmetselaren

W. de Grebber (1844)

Gepubliceerd op 22-09-2020

Ridder Leerling

betekenis & definitie

RIDDER LEERLING. (De) In het systema van ZINNENDORF, neemt de achtbare Meester (daar Grootmeester) den Kandidaat met drie slagen op den passer, welken deze met de linkerhand op zijne ontbloote borst houdt, tot Vrijmetselaar Ridder-Leerling aan. Dit heeft daarop betrekking, dat, naar die legende leert, de oude Vrijmetselaren ten tijde der kruistogten naar het beloofde land, zich met de Malthezer Ridders (zie dat Art.) vereenigd, en JOHANNES den Dooper tot beschermheer der Orde verkozen zouden hebben. Dat nu het Ridderwezen, in zekeren zin, veel tot veredeling en beschaving der Europesche volken hebbe bijgedragen, is kwalijk te betwijfelen, maar dat de V M niet uit de Ridderschap, en deze niet uit de eerste is ontstaan, is geheel zeker (vergel. KRAUSE op LAWRIE, bl. 353). Dat in eenige opgeworpen systemen van later tijd, vooral door ongeleerde BB.:, de kruistogten worden beschouwd als oorsprong of hoofdaanleiding der V.: M.:, moge komen ter verantwoording van hen, wier heerschzucht en misleiding ze er toe bragt, zulke graden op de V.: M.: te enten, en, ter opluistering hunner gewrochten er zulke legenden in te weven.

< >