Voedings en Genotsmiddelen

dr. M. Wagenaar (1938)

Gepubliceerd op 26-01-2019

Blad- en stengelgroenten

betekenis & definitie

Blad- en stengelgroenten - Hierbij volgt allereerst een korte bespreking van de verschillende soorten salade. Gewone sla is een der meest gekweekte blad-groenten, die meestal rauw genuttigd worden. Het is een dringende noodzakelijkheid, rauwe groente ter dege met betrouwbaar water herhaaldelijk te spoelen, allereerst omdat hierin dikwijls parasieten voorkomen, maar ook omdat ze met minder onschuldige bacteriën verontreinigd kan zijn, (water uit slooten en vaarten, mest enz.). Slecht gewasschen rauwe groenten stelt den consument bloot aan infectie (typhus, paratyphus, dysenterie). De Salade (Lactuca sativa) wordt bijkans het geheele jaar door gebruikt, meestal als kropsla, des winters in bakken, kassen en warenhuizen geteeld, of 's zomers in den vollen grond.

Voor de teelt in den vollen grond dienen de soorten: Bonte Chili, Roodrand, Blanke weeuwen en de zwarte Duitsche. Onder glas worden meestal de volgende variëteiten aangekweekt: Broeigeel en le Duc of de Steenkrop. Kropsla kan betrekkelijk goed tegen lage temperaturen, dus kan vroeg gezaaid worden (Maart). Er bestaan zelfs soorten, die zoo goed tegen koude bestand zijn, dat ze bijna winterhard genoemd kunnen worden. Wanneer de tuinder de sla dicht in bakken zaait, moeten bij het opschieten zeer veel jonge plantjes uitgetrokken worden (gedund). Deze jonge plantjes wordt als vroege sla verkocht en heet „dunsel”. Wanneer de blaadjes iets ouder zijn, worden ze niet meer uitgetrokken, maar bij den grond afgesneden. Deze jonge sla heet „snijsla”.

Molsla wordt van een geheel andere plant geoogst, n.l. van onze bekende paardenbloem. De jonge geelachtige blaadjes ontwikkelen zich bij voorkeur op molshoopen, vandaar de benaming. Niet alleen in het vrije veld wordt molsla verzameld, ook worden deze jonge bladeren in bakken gekweekt, waarbij de plantjes met een laag aarde bedekt worden, zoodat het zonlicht alleen gedempt kan toetreden. Ook dekt men de ramen der bakken wel met rietmatten, wat natuurlijk hetzelfde effect heeft. Veldsla wordt geoogst van kleine kruiden (Valerianella olitoria) met gaffelvormig gedeelde stengeltjes en spatelvormige bladeren. De veldsla komt tusschen het gras als wilde plant vrij algemeen voor. Deze groente kan zeer goed vroeg in den bak gezaaid worden. De verschillende soorten salade zijn vooral van beteekenis door het bevatten van veel voedingszouten o.a. van ijzerzouten.

Andijviesla: water 94%, eiwit 1,8%, vet 0,1 %, koolhydraten 2,5%, ruwvezelstoffen 0,7%, voedingszouten 0,9%.

Kropsla: water 94%, eiwit 1,4%, vet 0,3%, koolhydraten 3%, ruwvezelstoffen 0,7%, voedingszouten 1,2%.

Veldsla: water 93%, eiwit 2,1%, vet 0,4%, koolhydraten 4%, ruwvezelstoffen 1,7%, voedingszouten 1%.

Molsla:water 85%, eiwit 2,8%, vet 0,7%, koolhydraten 7%, ruwvezelstoffen 1,5 %, voedingszouten 2 %.

We willen voorts de aandacht vestigen op het vitaminen gehalte in versche salade. Speciaal in kropsalade is dit onderzocht. Deze groente bevat veel vitamine A. B, C en E. Vooral het vitamine E is in de natuur vrij zeldzaam. Het beheerscht de vruchtbaarheid, het wordt meestal in jong weefsel aangetroffen en in vleeschspijzen.