Vloeken lexicon

Prof. dr. P.G.J. van Sterkenburg (1997)

Gepubliceerd op 14-11-2019

pargeert, pargiert

betekenis & definitie

In Bredero’s Spaenschen Brabander lezen wij in de verzen 583-585: “Wat Karackters zijn dit, de Duyvel mocht dat lesen,// Een kruijsje, een krulletje, een streepje, par giert,// Dits Nickers-gheleertheyt door Heyntjeman versiert.” In hertaling luidt dat: ‘Wat voor letters zijn dit. De duivel zou dit kunnen lezen.

Een kruisje, een krulletje, een streepje. Bij God, dit is duivelswijsheid die door Heintje Pik (de duivel) is verzonnen.’ Stutterheim (1974: 344) merkt daarbij het volgende op: “Het voorzetsel is aan een vreemde taal ontleend.

Dit is niet voldoende reden, in giert een verknoeide ontlening te zien; bastaardvloeken kunnen hoe langer hoe verder van de oorsprong verwijderd raken; bij giert is een verder gaande verbastering van bij gort dat op bij God teruggaat.” zie Heintje Pik.