Gepubliceerd op 20-01-2021

Thomas clarkson

betekenis & definitie

Engelsch philantroop, geb. 28 Maart 1760 te Wisbeach in Cambridgeshire, studeerde aan het St. John’s College der universiteit te Cambridge, zag zich bij zijn voorbereiding tot het eind-examen het onderwerp Anne liceat invitos in servitutem dare? (is het verdedigbaar menschen tegen hun wil tot slaven te maken) ter behandeling voorgelegd, werd zoodoende gedwongen zijn aandacht hij de slavernij te bepalen, raadpleegde daarbij allerlei desbetreffende werken, als Ëenezet’s Historical survey of New Guinea, kreeg een diep inzicht in de verschrikkingen der slavernij, en vatte het voornemen op voortaan zich geheel aan de bestrijding van dit vreeselijke misbruik te wijden en daaraan ook zijn loopbaan als geestelijke ten offer te brengen; allereerst bracht hij nu zijn prijsverhandeling in het engelsch over (Juni 1786), en verbond zich voorts met Diilwijn, Joseph Wood en Granville Sharp en anderen tot een comité van twaalf leden, dat zich ten doel stelde door alle middelen te trachten de opheffing der slavernij te bewerken (Mei 1787); intusschen won C. ook de sympathie van mannen als Wilberforce, Whitbread, Sturge enz.; van plaats tot plaats reizende verzamelde hij rusteloos bewijzen, feiten en cijfers, waarvan hij de resultaten nederlegde in zijn Summary view of the slave trade, and the probable consequences of its abolition, dat onder meer verhandelingen en vlugschriften door genoemd comité in het licht werd gegeven; staatslieden als Pitt enz. lieten zich gunstig over de beweging uit, en een eerste resultaat was een bill, die voorschreef dat het aantal slaven dat met een slavenhaler mocht worden vervoerd in verhouding moest staan tot de laadruimte van het schip; een aantal kooplieden te Liverpool en Bristol zetten een protestbeweging zelfs tegen deze bill op touw, die niettemin op 18 Juni 1788 door het Lagerhuis werd aangenomen; kort daarop verscheen C.’s Essay on the impolicy of the slave trade; C. ving daarop weer een reis aan om ooggetuigen van de gebruiken van den slavenhandel enz. op te sporen waarin hij bijzonder slaagde, en zoodoende Wilberforce bij zijn strijd in het Lagerhuis krachtig kon rugsteunen; omstreeks deze tijd brak de groote fransche revolutie uit, en C., hopende de franschen te kunnen opwekken zich tegen de slavernij te keeren, ging naar Parijs, waar hij zes maanden bleef; hij vond hier wel veel sympathie doch weinig hulp; Mirabeau echter stelde met zijn hulp en zijn gegevens een redevoering tegen de slavernij zaam, bestemd om voor de assemblée natonale te worden uitgesproken; de revolutiestormen lieten echter geen kalme voorbereiding tot een agitatie op groote schaal toe. In Engeland teruggekeerd zocht hij in alle groote plaatsen comité’s op te richten; rusteloos en met hartstochtelijk enthousiasme zijn arbeid voortzettende, wist hij werkelijk een wijdvertakte organisatie tegen de slavernij tot stand te brengen: in 1794 dwong zijn geschokte gezondheid hem dezen arbeid neder te leggen, die hij echter met de pen krachtig voortzette; in 1808 verscheen zijn: History of the slave trade; in 1818 had hij te Parijs een onderhoud met den czaar van Rusland, tot wien hij tevens een adres tegen de slavernij richtte, evenals tot den keizer van Oostenrijk en den koning van Pruisen; later was hij een der vice-presidenten van de Anty-slavery Society; hij overleed in 1846 te Playford Hall, Suffolk.

< >