zie Siroop. S. noemt men ook verschillende door koken ingedikte en daarna geklaarde suikeroplossingen, bereid met water (zooals de kleurlooze, officineele witte S., Sirupus simplex, welke uit 3 dln. suiker en 2 dln. water bestaat) of met vruchtensappen of medicamenten.
Officineel zijn de witte S., de altheestroop (Sirupus Althaeae), de amandelstroop (8. Amygdalarum), de kersenstroop (8. Cerasorum),, de kaneelstroop (S. Cinnamomi), de braakwortelstroop (8. Ipecacnanhae), de zoethouts troop (8. Liquiritiae), de pepermuntstroop (8.
Menïhae), enz. Zie ook Beetwortelsuiker en Suiker.