Gepubliceerd op 23-02-2021

Jang-tse-kiang

betekenis & definitie

(stroom van Yang-tsjou, of met eenigszins andere schrijfwijze: Wereldzee-zoon-stroom), bij de meeste europeesche aardrijkskundigen naam van de hoofdrivier van China en van geheel Azië; bij de Chineezen heet alleen de benedenloop zoo. De J. ontspringt ongeveer onder 33° N.B. en 91° O.L., aan de noordhelling van het Tanlagebergte, met meerdere armen; zij heet aanvankelijk Moer-Oessa (bij de Mongolen) of Britsjoe, ook Di-tsjoe (bij de bewoners van Tibet) en loopt eerst noordooistelijk, dan, na opneming van de Naptsji-tai-oelan, zuid-oostelijk, vervolgens, het gebied van Koekoe-nor verlatend en de provincie Sze-tsjwan betredend, zuidwaarts, langs Batang (30° N.B.), waar zij van de Chineezen den naam van Kin-sja-kiang (Goud-zand-stroom) ontvangt.

Benoorden den 28sten noorderbreedtegraad betreedt de rivier de chineesche provincie Junnau, waar zij ten z. van den 27sten noorderbreedtegraad een oostelijke richting aanneemt, om zich ter hoogte van 103° O.L. naar het noorden en tusschen 28 en 29° N.B. weer naar het oosten te wenden. Onder 102° O.L. neemt zij de van het noorden komende Ja-loengkiang, een harer voornaamste zijrivieren, op, en bij Su-tsjou-foe (28° 48' N.B., 104° 50' O.L.) de Min-kiang. Bij de monding der laatstgenoemde nevenrivier, die de Chineezen voor de eigenlijke bronrivier hielden, krijgt de J. den naam van Ta-kiang. In de nabijheid van den 104den oosterlengtegraad wordt de rivier bevaarbaar. Bij Tsjoeng-king neemt zij de van het Tsin-ling-gebergte komende Kia-ling-kiang op, en bij Foe-tsjou de Woe-kiang (uit het zuiden), tusschen wier monding en J.-tsjang zij1 vele stroomsnelten heeft (de z.g. gorges). De J. doorloopt vervolgens de provincie Hu-pe.

Bij Han-kou mondt de van het n.w. komende bevaarbare Han-kiang. Beneden Kioe-kiang in de provincie Kiang-si ontvangt de J. het water van het (meer) Po-jang-hoe. Kort daarop betreedt zij de provincie Ngan-hwei en dan, boven Nan-kiang, Kiang-soe. Nabij haar monding splitst zij zich in twee breede armen, waartusschen zich het eiland Tsoeng-ming met de gelijknamige stad uitstrekt. De gewone naam der J. is eenvoudig Kiang (stroom); de naam Blauwe rivier voert zij bij de Chineezen nergens. De lengte van haar loop wordt op 5200 km., haar stroomgebied op 1.775.000 km.2 geschat; zij' is ongeveer 1609 km. stroomopwaarts voor europeesche schepen bevaarbaar.

In Maart of April begint het water te wassen en het bereikt in Juli of Augustus zijn hoogsten stand; alsdan verbreedt de rivier zich tusschen Hankou en Nan-king tot een meer. De J. staat sinds 1858 open voor de europeesche, voornamelijk britsche, scheepvaart (verdrag van Tien-tsin).