Haleb es-Sjabba, vroeger Aleppo, hoofdstad van het vilajet H. (86.600 km.2, 995.800 inw.) en van het sandsjak H. (53.400 km.2, 672.500 inw.), in noordelijk Syrië, ligt tusschen de Orontes en de Euphraat, aan de steppenrivier Nahr el-Haleb of Gok-soe, aan den noordwestelijken rand van het syrischarabische woestijnplateau, in een ruim keteldal met steile kalksteenwanden, 420 meter hoven zeespiegel. H. heeft een omvang van 11 km. en ongeveer 127.200 inw., w.o. 20.000 meest grieksche christenen en een kleine amerikaansche kolonie.
De stad, nog heden van een zuiver arabisch karakter, heeft door de aardbeving van 1822, de pest van 1827 en de cholera-epidemie van 1832 zwaar geleden en veel van haar vroegere pracht en beteekenis verloren. De straten zijn zindelijk, de huizen veelal statige gebouwen, het vroegere aantal moskeeën en badhuizen is tot op de helft verminderd en vele der fraaiste en merkwaardigste zijn ingestort. Het middelpunt der oude stad vormt de citadel, gelegen op een hoogte. Een 10 meter hooge en 6.5 meter dikke muur met zeven poorten scheidt de oude stad van de voorsteden. De vermaarde hazar van H. beslaat verscheidene straten. H. heeft zeven christelijke kerken, verder o. a. de vermaarde moskee El-Halawe, oorspronkelijk een christenkerk, der stad door keizerin Helena geschonken.
Voorheen voorzag H. het geheele oosten van zijden, wollen en katoenen, goud- en zilverstoffen, thans is nog slechts de zijde-industrie van eenige beteekenis. Het scheepsverkeer bedroeg in 1900 in het geheel 700 schepen met tezamen 379.400 registerton.H., dat bij Ptolemeus Chalybon heet, werd door Seleucus Nicator verfraaid en Beraea gedoopt; in 638 viel het den Arabieren in handen en kreeg daarop zijn ouden naam terug. De Seldsjoeken stichtten hier in 998 een sultanaat, d,at tot 1117 in stand bleef. De toenmaals zeer belangrijke stad werd in 1260 door de Mongolen en in 1400 door de horden van Timoer ingenomen en geplunderd. Later kwam zij' in de macht der Mammeloeken van Egypte en in 1516 werd zij door SelimI M het Turksche rijk ingelijfd. Zij zou toenmaals een bevolking van 300.000 zielen hebben gehad. In den nieuweren tijd werd zij berucht door de in den herfst van 1850 op de christenbevolking gepleegde gruwelen, gevolgd door een oproer, dat in Nov. met geweld werd onderdrukt.
