Gepubliceerd op 29-01-2021

Galeopsis

betekenis & definitie

L. Hennepnetel. Plantengeslacht van de fam. der Labiaten, met slechts weinige soorten, inheemsch in Europa en noordelijk Azië; het zijn éénjarige behaarde kruiden met meestal vertakten stengel, gesteelde, ongedeelde bladen en biadokselstandige of eindelingsche 6bloemige schijnkransen of ookl—2 bijeenstaande levendig gekleurde bloemen. In Nederland komen voor: G.ladanum, de smalbladige hennepnetel of raai, bloemkroon lichtpurper, soms wit, op bouwland, in bosschen en op zandige plaatsen; G. ochroleuca, de bleekgele hennepnetel, geelachtig witte bloemkroon; deze plant vormde een bestanddeel der Liebersche kruiden, die in de eerste helft der 19de eeuw als een onfeilbaar middel tegen de tering golden; G. versicolor, de dauwnetel, met zwavelgele bloemen, de middelslip der onderlip Violet; G. pubescens, de zachte hennepnetel, bloemkroon purper, alleen bij Einmen, Valte en Deventer gevonden; G. tetrahit, de gewone hennepnetel, bloemkroon rood of wit; G. bifida, de tweespletige hennepnetel, bloemkroon bleekrood.

< >