Gepubliceerd op 17-02-2021

Ferdinand gregorovius

betekenis & definitie

duitsch geschiedschrijver (prot.) en dichter, geh. 19 Jan. 1821 te Neidenburg, studeerde te Koningsbergen in philosophie en geschiedenis, ging in 1852, zijn weg over Corsica nemend, naar Rome, zwierf eenigen tijd door Italië rond, ondernam in 1880 een reis naar Griekenland, bezocht later nog Egypte, Syrië en Turkije, en overl. 1 Mei 1891 te München. Voornaamste werken: Goethes Wilhelm Meister in seinen socialistischen Elementen (Koningsbergen 1849), Der Kaiser Hadrian, Gemälde der röm.-hellen.

Welt zu seiner Zeit (Stuttg. 1884, tevoren reeds verschenen onder den titel: Geschichte des röm. Kaisers Hadrian und seiner Zeit, 1851), Der Tod des Tiberius (drama, Hamburg 1851), Corsica (3de druk 1878, in verscheidene talen overgezet), Euphorion (5de druk 1891, ook in prachtuitgaven verschenen, episch gedicht in hexameters, waarin de wonderen van Pompeji worden bezongen), Wanderjahre in Italien (5 dln., Leipz. 1857—77), Geschichte der Stadt Rom im Mittelalter (zijn hoofdwerk, 8 dln., Stuttg. 1859—72, 4de druk 1886—95, voor hetwelk hij met groot geduld in een menigte archieven en bibliotheken in Italië en Duitschland de bouwstoffen verzamelde en waarvan de gemeenteraad der stad Rome, die G. 8 Maart 1876 tot eereburger van Rome benoemde, een italiaansche bewerking liet vervaardigen), Lucrezia Borgia. Nach Urkunden und Korrespondenzen ihrer eigenen Zeit (2 dln., Stuttg. 1874), Urban VIII im Widerspruch zu Spanien und dem Kaiser (episode uit den dertigjarigen oorlog, uitgegeven 1879 en door hem zelf in het ital. vertaald), Korfu, eine Ionische Idylle (2de druk, Leipz. 1884), Athenaïs, Geschichte einer byzant. Kaiserin (3de druk 1892), Geschichte der Stadf Athen im Mittelalter (2de druk, 2 dln., Stuttg. 1889, een werk in den trant van de ,,Geschichte der Stadt Rom”, en eveneens van geduldige bronnenstudie getuigend), Kleine Schriften zur Geschichte und Kultur (verspreide stukken bijeenverzameld, 3 dln., Leipz. 1887—92).Verder leverde hij een duitsche vertaling van de dichtwerken van Giovanni Meli van Palermo (2de druk 1886), ook gaf hij de Briefe Alexanders von Humboldt an seinen Bruder Wilhelm (Stuttg. 1880), alsmede een door hem gevonden plattegrond van Rome (Rome 1883) in het licht. Uit zijn nalatenschap gaf graaf Schack Gedichte (Leipz. 1892), F. Althaus Böm. Tagebücher (2de druk, Stuttg. 1893) in het licht; H. von Petersdorff publiceerde zijn Briefe an den Staatssekretär Hermann von Thile (Berl. 1894).

< >