Gepubliceerd op 20-01-2021

Doofstomme blinden

betekenis & definitie

personen die op vroegen leeftijd, voordat de spraakwerktuigen tot ontwikkeling waren gekomen, doof en blind geworden zijn; daar van de vijf zintuigen die men gewoonlijk bij den mensch aanneemt zij slechts over drie beschikken, noemt men hen ook wel driezinnigen; op elk millioen menschen wordt ongeveer 1 doofstomme blinde gerekend; in den nieuwsten tijd is men er in geslaagd ook D. lezen te leeren waarbij men hen algemeen gebruikte voorwerpen, als messen, vorken, lepels, sleutels, op welke de naam in blindenschrift aangebracht is, betasten laat, alsmede de vingertaai waarbij zij de handen der met hen sprekenden betasten, en ook om hen in allerlei handwerken (matvlechtenj, korfmakerij) te oefenen. Een merkwaardig geval van ontwikkeling eener doofstomme blinde leverde Laura Bridgman (1829—89), die in het blindeninstituut te Boston lezen en schrijven leerde.

< >