(lord) britsch zeevaarder, geb. 30 Mei 1744, was reeds 1765 fregatkapitein. Hij drong 1773, met het doel een doorvaart uit den Atlantischen oceaan door de Poolzee naar den Grooten oceaan te vinden, met twee schepen tot op een breedte van 80° 48' door, doch moest daarop in Augustus wegens het ondoordringbare ijs terugkeeren.
Tijdens den amerikaanschen revolutieoorlog commandeerde M. een linieschip tot 1783. Daarna werd hij geheimraad, 1784 peer van Groot-Britannië, verliet 1791 den openbaren dienst en overl. 10 Oct. 1792 te Lnik. Hij publiceerde: Avoyage towards the North Pole (Londen 1774).Henry Phipps, graaf van M., broeder van den vorige, geb. 14 Febr. 1755, streed in den oorlog met Amerika en kwam na den vrede in het Lagerhuis, volgde 1792 zijn broeder als iersch baron op en werd 1794 lid van de kamer der peers; kort daarop kwam hij als vriend van Pitt in het ministerie. Na den dood van Pitt koos hij de zijde der oppositie, kwam 1807 als eerste lord der admiraliteit weer in het ministerie en werd 1812 grootmeester der artillerie en tevens viscount Normanby en graaf van M.; hij overl. 7 April 1831, en liet een zoon na, den lateren markies van Normanby (zie ald.).